Vogels vieren feest

Vogels vieren feest

6 april 2025 | Algemeen

De afgelopen winter hebben we regelmatig de vogelstand geïnventariseerd op en rond de Kloetse Velden. Dat leverde mooie soorten op en ook tijdens de voorjaarstrek zien we bijzondere exemplaren.

Rond de schuur is een aardige begroeiing aanwezig en die biedt in de winter bescherming aan diverse soorten zoals de roodborst, zanglijster, winterkoning, huismus, merel, koolmees, pimpelmees en vink. Deze vogels waren al aanwezig voordat wij met de Kloetse Velden begonnen. Zij hebben nu wel een mooie, diversere voedselbron in de directe omgeving gekregen. Zo zijn de vinken, zanglijsters en winterkoningen ook foeragerend midden op het veld te vinden.

Graspieper en grote gele kwikstaart
Omdat onze velden zou zijn veranderd, is het spannend om te zien wat daar gebeurt. Een soort die je altijd op het veld kunt vinden is de graspieper. Hij vliegt van een afstandje al op en laat zijn kenmerkende hoge roepjes horen. Er hebben er minimaal vier overwinterd en ze waren over het hele veld te vinden.
Doordat er diverse natte plekken te vinden zijn, zoals de afgegraven laagte achter in het veld, maar ook de plassen op paden en het waterbassin, is het fijn leven voor de grote gele kwikstaart. Dit is een overwinteraar die zomers stromend water opzoekt in het oosten van het land of buiten Nederland. Deze winter hebben we in ieder geval twee exemplaren gezien op het veld.

Smakelijke, veilige groenbemesters
Heel waardevol zijn de vakken met Japanse gerst en de groenbemesters wikke, Alexandrijnse klaver die in het roulatiesysteem meegenomen zijn. Zij zijn een paradijs voor de veldleeuwerik, fazant en rietgors. Ze kunnen gevarieerd voedsel vinden en hebben voldoende beschutting als er rovers in de buurt zijn. We hebben regelmatig een groepje van zes overwinterende veldleeuweriken gezien, maar dat aantal kan zeker hoger liggen. Van de rietgors hebben we twee gesignaleerd en ook hebben we in de omgeving een grote groep kramsvogels gezien, die ook op de Kloetse Velden kwamen eten.

Torenvalkjes
Naast deze overwinteraars vliegt er een paartje torenvalken zowel op als rond de Kloetse Velden. We hebben een nestkast geplaatst die hopelijk gebruikt gaat worden, al zal het misschien nog even wachten zijn op wat hogere bomen in de voedselrand. Ook is er een groep foeragerende kemphanen gezien toen we op het land bezig waren, heel gaaf! Deze vogels zijn ook veel op de omliggende akkers en het nabijgelegen Gasthuisbevang te vinden.

Geen ganzen meer
Toen de Kloetse Velden nog niet ingericht waren, liepen er zo’n 500 brandganzen op de akker, zij zijn verdwenen. Ganzen houden van weids zicht en dat is er in de Schouwse polders voldoende, maar op de Kloetse Velden tegenwoordig minder. Tijdens de inventarisaties van afgelopen winter hebben we geen enkele gans waargenomen op het land. Dit kan te maken hebben met de permanente begroeiing en de aangeplante voedselbosranden.

Waterrand
Het is mooi dat aan de achterkant van de Kloetse Velden, grenzend aan de afwatering een stuk grond is uitgegraven, zodat er een plas met slikranden is ontstaan. Omdat het daar zo rustig is en de oever een slikrand heeft, is dit een prachtige stek voor allerlei watervogels en steltlopers. Zo slapen er overdag zo’n 20 tot 40 wilde eenden en foerageert er een groepje wintertalingen. Er zwemmen minimaal twee dodaarzen en op de slikranden zijn bij verschillende inventarisaties drie tureluurs, een zwarte ruiter, vijf groenpootruiters, vijf witgatjes en vier watersnippen gezien.
De slikranden zijn ook ideaal voor de steltlopers en eenden om te foerageren, hopelijk gaan ze er in de toekomst nog meer gebruik van maken. Deze winter verblijft trouwens ook een groepje verwilderde muskuseenden op de akker.

Trektijd
Tijdens de najaarstrek is er heel veel over de Kloetse Velden heen gevlogen, een klein deel daarvan hebben we vastgelegd. Zo zijn er in grote groepen spreeuwen, koperwieken, kramsvogels, buizerd, zanglijster en veldleeuwerik gezien.
En ook tijdens de voorjaarstrek zijn onze akkers aantrekkelijk. Zo was er op 6 april een groep van 15 tot 20 graspiepers te vinden, samen met diverse kneutjes. De mannetjes kneu komt al mooi op kleur, een prachtig zicht. Er zit een groepje van minimaal elf exemplaren op en rond het veld. De kneu is de afgelopen vijftig jaar in aantal gehalveerd. Dat heeft te maken met het gebrek aan diversiteit in voedsel en nestgelegenheid. Hopelijk kunnen we met de groei van de voedselbosranden hier in de toekomst een broedpaartje verwelkomen!

Tapuit
De mooiste waarneming waren echter 3 tapuiten, achter op de velden, actief foeragerend op insecten tussen de klei! De gevarieerde begroeiing in de voedselbosrand bewees haar dienst. De diversiteit in planten brengt diversiteit in insecten en dat brengt weer diversiteit in vogels. Tapuiten komen nu alleen nog in de trektijd voor, ze broeden helaas al jaren niet meer op ons eiland. In de jaren 70 waren er echter nog ruim 100 broedparen. Hopelijk komt die stand ooit weer eens terug.

Al met al hebben we door de grotere diversiteit aan de gewassen op de velden en vele schuilmogelijkheden langs de randen een prettig leefklimaat voor meerdere vogelsoorten gecreëerd gedurende de winter.

Recente berichten